Anatomie van de pols

De pols begint in de onderarm en eindigt net voor de vingers. De pols bestaat uit botten, kapsel en banden, spieren, pezen, zenuwen en bloedvaten. Samen zorgen zij ervoor dat we de hand goed kunnen bewegen en hierop kunnen steunen.

Botten

De onderarm bestaat uit twee botten, het spaakbeen (radius) en de ellepijp (ulna). De uiteinden van deze twee botten vormen de ene helft van de pols. De andere helft wordt gevormd door de handwortel- en middenhandsbeentjes. Zij maken deel uit van de hand.

Hier tussenin ligt het triangulaire fibrocartilagineus complex (TFCC). Dit complex bestaat uit een kraakbeenschijf, banden en een peesschede. Samen vullen zij de ruimte die aanwezig is tussen de ellepijp en de handwortelbeentjes.
Daarnaast verbinden deze structuren de ellepijp, het spaakbeen en één van de handwortelbeentjes (triquetrum) met elkaar. Het TFCC is bedoeld om de pols meer stabiliteit te geven en krachten die de pols te verduren krijgt op te vangen.

Kapsel en banden

Een groot deel van zijn stabiliteit haalt de pols uit het omringende kapsel en gewrichtsbanden. Deze banden zijn te verdelen in twee groepen: intrinsieke en extrinsieke banden.

De intrinsieke banden zijn kort en stug en verbinden het ene handwortelbeentje met het andere.

De extrinsieke banden zijn langer, beginnen op de botten van de onderarm en lopen daarna over meerdere botten heen. Deze banden zijn wat minder stug en laten daardoor wat meer beweging toe. Op deze manier ontstaat er een wirwar aan banden en bandjes die samen voor stevigheid van de pols zorgen en tegelijkertijd beweging toelaten.

Spieren

De spieren die de pols bewegen , liggen voor het grootste gedeelte in de onderarm. Van daaruit lopen zij via lange pezen over de pols. De spieren die de pols buigen, liggen aan de handpalmzijde, de spieren die de pols strekken liggen aan de handrugzijde.

Zenuwen

De zenuwen die ervoor zorgen dat spieren in beweging komen en er gevoel in de hand zit, lopen ook over de pols heen. De volgende drie zenuwen zijn hier te vinden: de ulnaris, de radialis en de medianus zenuw.
De medianus zenuw loopt, samen met negen pezen, door de carpale tunnel. Dit is een tunneltje aan de palmzijde van de pols en wordt gevormd door botjes van de handwortel en een band die daar overheen loopt. Dit gedeelte van de pols speelt een belangrijke rol in het carpale tunnelsyndroom.

Bloedvaten

Over de pols lopen twee belangrijke bloedvaten naar de vingers. De ulnaris en radialis bloedvaten. Deze laatste kan gebruikt worden om de hartslag te meten.

Deel dit artikel:

Gerelateerde onderwerpen

Anatomie

• Achillespees
• Anatomie van de botten
• Anatomie van de buikspieren
• Anatomie van de hand
• Anatomie van de voet
• Anatomie van de wervelkolom
• Anatomie van het bovenbeen
• Artrose
• Bekkenbodemspieren
• Bindweefsel
• Centraal zenuwstelsel
• Dermatomen
• Gewricht
• Gewrichtsbanden
• Gewrichtskapsel
• Gewrichtsvloeistof
• Grote teen
• Hamstrings
• Kraakbeen
• Longen
• Monnikskapspier
• Motorische zenuw
• Perifeer zenuwstelsel
• Pezen
• Proprioceptie
• Rotator cuff
• Sensorische zenuw
• SI-gewricht
• Slijmbeurs
• Spieren
• Subscapularis
• Triggerpoints
• Tussenwervelschijf
• Zenuwstelsel

Bekijk hier alle onderwerpen.