Gebroken kuitbeen
Fibulafractuur

Een gebroken kuitbeen is een botbreuk in het onderbeen. Het onderbeen bestaat uit het scheenbeen en het kuitbeen. Een breuk aan het kuitbeen bevindt zich in de meeste gevallen in het onderste uiteinde, bij de enkel dus. Een breuk in dit deel van het kuitbeen wordt ingedeeld naar de ‘Weber indeling’. Een breuk aan het bovenste uiteinde van het kuitbeen komt een stuk minder vaak voor.

weber classificatie kuitbeen breuk fractuur fibula


Weber indeling voor kuitbeenbreuken

Dr. Bernhard Georg Weber, een Zwitserse chirurg, was de eerste die kuitbeenbreuken indeelde op basis van de plaats van de breuk. De indeling wordt gebruikt om te bepalen welke behandeling nodig is om de breuk te laten herstellen. Bij deze indeling speelt de syndesmose een belangrijke rol.

De syndesmose is het gewricht met de banden tussen het kuitbeen en het scheenbeen, net boven de enkel. Bij een breuk in het kuitbeen is er kans op schade aan de syndesmose. Als dit gewricht beschadigt, kunnen het kuitbeen en scheenbeen te ver uit elkaar komen te staan. Met een instabiele enkelvork tot gevolg. Instabiel betekent in dit geval dat er een verhoogd risico is op artrose van het enkelgewricht of blijvende pijnklachten aan de enkel.

De Weber indeling bestaat uit drie typen breuken:

WeberBetekenis
AHet kuitbeen is gebroken onder de syndesmose en er is geen bijkomende schade aan andere botstukken of banden van de enkel.
BDe breuk bevindt zich ter hoogte van de syndesmose. Dit verhoogt de kans op schade aan de syndesmose en enkelbanden.
CDe breuk zit boven de syndesmose en deze is meestal beschadigd. Dit is de meest vervelende breuk van de drie. Ook gaat dit type breuk vaak gepaard met schade aan de enkelbanden en een breuk of ontwrichting van het onderste uiteinde van het scheenbeen.

Hoe ontstaat een breuk in het kuitbeen?


Een botbreuk aan het kuitbeen ontstaat in de meeste gevallen door een trauma (ongeluk). Bijvoorbeeld door een zijwaartse klap op het bot tijdens een aanrijding of bij contactsporten zoals voetbal en hockey. Er is dan sprake van een hoog-energetisch trauma, hierbij is de klap op het bot zo hard dat het breekt.

Dit is niet het geval bij een Weber A fractuur. Bij dit type breuk is er niet altijd een hoog-energetisch trauma nodig. Bij dit type breuk kan er ook sprake zijn van een avulsiefractuur. Hierbij is het uiterste botstukje van het kuitbeen door een enkelband losgetrokken. Meestal gebeurt dit tijdens het verzwikken van de enkel.

Een andere mogelijke oorzaak voor een breuk van het kuitbeen is botontkalking (osteoporose). Hierdoor kan het botstuk gemakkelijker breken.

Kenmerken (symptomen) van een gebroken kuitbeen

Vrijwel meteen na de breuk lukt het niet meer om op dit been te steunen. Er is sprake van ernstige (druk)pijn en mogelijk staat het onderbeen scheef. Dit is meestal niet zichtbaar bij een Weber A breuk, maar kan wel het geval zijn bij een Weber B of C breuk.

Bij een botbreuk aan de onderkant van het kuitbeen is er pijn bij bewegingen van de enkel, deze zwelt op en kleurt blauw. Dit is anders bij een botbreuk aan de bovenkant van het kuitbeen. Hierbij zijn bewegingen van de enkel meestal niet pijnlijk en is de breuk niet altijd zichtbaar. Als er al een zwelling en verkleuring optreedt, is dit meestal aan de buitenzijde van het onderbeen, net onder de knie.

Hoe wordt een gebroken kuitbeen vastgesteld (gediagnosticeerd)?

Het verhaal van de patiënt, met aansluitend het lichamelijk onderzoek, geven vaak al genoeg aanwijzingen. Om een eventuele breuk verder te onderzoeken, worden specifieke vragen gesteld en opdrachten gegeven. Dit volgens de zogenaamde ‘Ottawa Ankle Rules’. Deze regels helpen om onderscheid te maken tussen een gebroken kuitbeen en een enkelverstuiking.

Bij het vermoeden van een gebroken kuitbeen vindt er altijd beeldvormend onderzoek plaats. Meestal is dit eerst via röntgenfoto's vanaf de voorkant, zijkant en schuin. Deze foto’s geven informatie over het type breuk. Bij een Weber B en Weber C breuk wordt er mogelijk ook nog een CT-scan of MRI-scan gemaakt. Hiermee is beter te zien of er schade is aan de syndesmose. Ook geeft dit meer informatie over mogelijk letsel aan enkelbanden, spieren of omliggende zenuwen.

Behandeling van een gebroken kuitbeen

Veel medisch specialisten gebruiken de Weber indeling om te bepalen of een operatie nodig is. Bij een Weber A breuk is dit meestal niet het geval en wordt het gebroken botstuk behandeld met een rustperiode van ongeveer 6 weken. Tijdens deze periode mag er niet op het been gesteund worden. Onbelaste bewegingen van de enkel binnen de pijngrens zijn wel toegestaan. Soms wordt het onderbeen ter bescherming in het gips gezet.

Bij een Weber B, maar met name bij een Weber C breuk, is er een kleinere kans op een natuurlijke genezing. Er wordt hier gesproken over een instabiele breuk. Een operatie is dan noodzakelijk. Het gebroken botstuk en de syndesmose worden dan tijdens een operatie met fixatiemateriaal hersteld. Dit fixatiemateriaal bestaat uit platen, schroeven, draden en/of pennen.

Tijdens de revalidatie is begeleiding van een fysiotherapeut zeker aan te raden. Het is belangrijk om de beweeglijkheid, spierkracht en belastbaarheid weer op te bouwen. De fysiotherapeut gebruikt behandelingen zoals mobilisatietechnieken, massage, medical taping en oefentherapie.


Deel dit artikel:



Gerelateerde onderwerpen

Botbreuken

Bekijk hier alle onderwerpen.

weber classificatie kuitbeen breuk fractuur fibula

Op zoek naar een fysio?

Fysiotherapie
Hierhebikpijn.nl biedt een uitgebreid overzicht van fysiotherapie praktijken in Nederland. Neem een kijkje en maak direct een afspraak!

Fysiotherapie in de buurt ยป

© copyright 2024 Hierhebikpijn.nl   |   Alle rechten voorbehouden   |   ontwerp: SWiF