Goniometer
Gradenboog

De goniometer of gradenboog is een meetinstrument om de beweeglijkheid (mobiliteit) van gewrichten te meten. Zo geeft de goniometer met een aantal graden aan hoe ver een gewricht kan bewegen. Tegenwoordig zijn er ook speciale apps en elektronische/digitale goniometers om de bewegingsuitslag van gewrichten te meten.

goniometer gradenboog knie flexie buiging


Het nut van het meten van de bewegingsuitslag

Door de beweeglijkheid van gewrichten te meten, krijgt de fysiotherapeut of arts een indruk over de ernst van de aandoening of blessure. Deze meting wordt vaak gedaan bij het eerste lichamelijk onderzoek. Voor een goede vergelijking wordt, indien mogelijk, ook de gezonde kant gemeten. Door de meting op een later tijdstip nogmaals te herhalen, wordt de vooruitgang bijgehouden.

Wordt een gewricht beweeglijker of juist niet? Op die manier is zichtbaar of een behandeling aanslaat en het de goede kant opgaat. Of dat het probleem juist verergert.

Hoe ziet een goniometer er uit?

De goniometer bestaat uit 2 armen en is gemaakt van doorzichtig kunststof. Op het meetinstrument is een 360 graden verdeling aangegeven.

Het werkt als volgt: de plek waar de 2 kunststof armen bij elkaar komen, wordt ter hoogte van het gewricht geplaatst. De 2 armen volgen elk een lichaamsdeel. Bijvoorbeeld in het geval van de knie, volgt 1 arm het bovenbeen en de andere het onderbeen. Op het moment van maximale buiging of (over-)strekking van de knie, is de bewegingsuitslag af te lezen aan het aantal graden dat de goniometer aangeeft.

Bewegingen die een goniometer meet

Met een goniometer zijn bijvoorbeeld de volgende bewegingen te meten:

  • Buiging en strekking van de elleboog of de knie.
  • Draaiing van de heup of schouder.
  • Zijwaarts bewegen van de pols.


Dit kan zowel tijdens een actieve of passieve beweging van het gewricht. Bij een actieve beweging beweegt de patiënt het gewricht op eigen kracht. Bij een passieve beweging is de patiënt zoveel mogelijk ontspannen terwijl de fysiotherapeut of dokter het gewricht beweegt. Meestal is de bewegingsuitslag groter bij een passieve beweging.

Standaardwaarden

Van elk gewricht en elke beweging is beschreven wat de gemiddelde ‘normale’ bewegingsuitslag is. Ben je beweeglijker dan normaal, dan spreken we van hypermobiliteit. Beweegt een gewricht juist minder ver dan normaal, dan is sprake van hypomobiliteit.

Hierbij moet je wel rekening houden met het feit dat niet iedereen hetzelfde is. En de ene persoon dus beweeglijker is dan de andere. Kenmerken die kunnen zorgen voor een verschil in beweeglijkheid zijn:

  • Geslacht. Vrouwen zijn over het algemeen beweeglijker.
  • Leeftijd. Naarmate je ouder wordt, neemt de beweeglijkheid af. Bij (dementerende) ouderen komt ook wel paratonie voor. Dit is toenemende spierstijfheid tijdens bewegen.
  • Gewicht of spieren. Iemand met veel spier- of vetmassa kan bijvoorbeeld een elleboog minder ver buigen. Dit omdat spier- of vetweefsel de beweging remt.
  • Sport- en bewegingsachtergrond. Iemand die weinig beweegt, is vaak stijver. Afhankelijk van de sport worden sommige gewrichten soepeler en andere juist minder beweeglijk.
  • Ziekten of blessures. Er zijn tal van aandoeningen waarbij de beweeglijkheid van gewricht afneemt. Denk aan artrose, een niet goed herstelde botbreuk, de ziekte van Bechterew of een zwelling van een gewricht. Maar er zijn ook ziekten waarbij de gewrichten juist meer bewegingsvrijheid hebben. Bijvoorbeeld als er sprake is van een bindweefselziekte.
  • Aanleg of erfelijkheid. Leden van dezelfde familie zijn soms beweeglijker of stijver dan anderen zonder dat hier een verklaring voor is.

Neutrale-0-methode

Om de bewegingsuitslag van een gewricht te meten, gebruikt men de neutrale-0-methode (NNM). Een volledige beschrijving van een beweging bestaat uit 3 getallen en daarnaast of de uitgevoerde beweging actief of passief is geweest. We nemen de buiging (flexie) en strekking (extensie) van het kniegewricht als voorbeeld. Dan is de omschrijving als volgt; flexie/extensie, actief 120-0-5. Dat betekent het volgende:

  • Het eerste getal is de maximale buiging van de knie, 120 graden.
  • De 0-stand is de neutrale stand van het gewricht. In het geval van de knie is dit gestrekt. Dit is zonder enige buiging of overstrekking van het kniegewricht. Wanneer een gewricht niet helemaal kan strekken kan dit getal dus ook hoger zijn dan 0.
  • Het laatste getal is de overstrekking van de knie. In dit geval kan de knie dus maximaal 5 graden overstrekken.


Deel dit artikel:



Gerelateerde onderwerpen

Meetinstrumenten

Bekijk hier alle onderwerpen.

goniometer gradenboog knie flexie buiging

Op zoek naar een fysio?

Fysiotherapie
Hierhebikpijn.nl biedt een uitgebreid overzicht van fysiotherapie praktijken in Nederland. Neem een kijkje en maak direct een afspraak!

Fysiotherapie in de buurt ยป

© copyright 2024 Hierhebikpijn.nl   |   Alle rechten voorbehouden   |   ontwerp: SWiF